Dit verhaal gaat over Karel de Grote, hij was van 768 tot 814 koning van de Franken en vanaf 800 keizer van het Romeinse Rijk. Over Karel werden nog eeuwen na zijn dood verhalen verteld. Deze verhalen worden Karelromans genoemd. Karel ende Elegast is geschreven rond 1270 en is een van de bekendste verhalen over Karel. In veel Karelromans blijft de machtige koning zelf op de achtergrond. Het bijzondere aan dit verhaal is dat Karel zelf één van de hoofdpersonen is. De auteur is onbekend maar was waarschijnlijk een Vlaming of Brabander. Het verhaal is jaren lang mondeling door verteld en daarom zijn er waarschijnlijk delen van het originele verhaal weggelaten en zijn er delen bij verzonnen. Karel ende Elegast is in het Middelnederlands opgeschreven in de 13e eeuw en was dan ook het eerste verhaal dat was opgeschreven in het Middelnederlands.
Het verhaal begint met Karel de Grote die aan het slapen is in zijn kasteel in Ingelheim. Hij krijgt via een engel een boodschap van God: "ga uit stelen of je verliest je leven." Karel gaat er eerst niet op in, maar wanneer de engel al drie keer met de zelfde boodschap is verschenen, gehoorzaamt hij. Karel weet, net als het publiek, niet waarom hij van God deze opdracht krijgt. Hij vertrekt en gaat alleen naar het donkere woud.
Daar komt hij Elegast tegen, een vazal die hij uit zijn land had verbannen. Karel stelt zich voor als Adelbrecht, dief van beroep, en Elegast herkent hem niet. Elegast is door omstandigheden verplicht dief geworden. Karel stelt aan hem voor om bij de koning, bij zichzelf dus, in te breken. Maar Elegast weigert dit omdat hij, ondanks de verbanning, nog steeds trouw blijft aan zijn koning. Ze besluiten om dan maar naar Eggermonde te gaan, de burcht van Karels schoonbroer Eggeric. Met magie komt Elegast de burcht binnen en in Eggeric's slaapkamer is hij getuige van een ruzie tussen Eggeric en zijn vrouw, Karels zus.

Hij hoort dat Eggeric Karel wil doden en Elegast vertelt dit aan Adelbrecht. Elegast durft het niet aan Karel te vertellen, uit angst voor zijn woede. Karel biedt dan zelf aan de koning te waarschuwen en gaat dus naar zijn eigen kasteel.
De volgende dag wordt er hof gehouden en koning Karel geeft de verraders een warm ontvangst. Vervolgens beschuldigt hij ze van het samenzweren tegen hem, wat zij natuurlijk ontkennen. Koning Karel laat Elegast aan zijn hof verschijnen die met het bloed aan zijn handschoen kan tonen dat Eggeric schuldig is. Uiteindelijk wordt besloten dat Eggeric gedood zal worden door Elegast. Hij wordt weer in ere hersteld en trouwt met de weduwe van Eggeric, Karels zus.
Maak jouw eigen website met JouwWeb